Lijst van 3 actieve investeerders voor windmolenparken in de Noordzee
In mei 2022 werd de Verklaring van Esbjerg opgesteld door de voorzitter van de Europese Commissie Ursula Von der Leyen, de Duitse bondskanselier Olaf Scholz en de eerste ministers van Denemarken, België en Nederland. De verklaring schetst de strategie voor de landen om in harmonie met elkaar samen te werken aan de gezamenlijke ontwikkeling van 150 GW aan offshore-windenergie in de Noordzee tegen het jaar 2050. De huidige geïnstalleerde capaciteit bedraagt 15 GW, wat een toename van 135 GW in 28 jaar vereist, waarmee 150 miljoen Europese huishoudens in hun jaarlijkse elektriciteitsbehoefte zullen kunnen voorzien. De plannen vergen grootschalige investeringen in offshore-netwerkinfrastructuur, havenfaciliteiten en samenhangende actie om vergunningsaanvragen te vereenvoudigen. De eerste doelstelling van de verklaring van Esbjerg is 65 GW te ontwikkelen tegen 2030 en zal een grote inzet vergen van de grootste Europese ontwikkelaars en investeerders van offshore-windenergie, waaronder RWE en Orsted. De gepresenteerde bedrijven behoren tot de Lijst van de 250 grootste investeerders in hernieuwbare energie in Europa.
1) RWE (Duitsland)
De Duitse reus op het gebied van hernieuwbare energie wil 50 miljard euro investeren tegen 2030 en zo hun reeds uitgebreide portefeuille uitbreiden tot 50 GW. Naast hun reeds bestaande plannen om het grootschalige Dublin Array-project te ontwikkelen, wil RWE een voortrekkersrol spelen bij de offshore-ontwikkeling in de Noordzee. De Duitse groep heeft al offshore projecten in de Noordzee voltooid, in januari 2022 voltooide RWE de inbedrijfstelling van de turbine van hun 860 MW Triton Knoll-project in de Britse Noordzee. Het Triton Knoll-project is een van ’s werelds grootste windmolenparken en zal genoeg energie produceren om 800.000 huizen per jaar van energie te voorzien. RWE wil zijn positie in de Noordzee versterken via zijn joint venture met Northland Power voor de ontwikkeling van 1,3GW aan Duitse offshorezeeprojecten. Het Duitse concern wil ook voet aan de grond krijgen op de Nederlandse markt, aangezien het een bod heeft uitgebracht op twee Hollandse Kust West-projecten met een geïnstalleerd vermogen van 760 MW. RWE zal voor een unieke aanpak van het project kiezen door het offshore-project te combineren met een elektrolysecapaciteit van 600 MW, e-boilers en batterijopslag, dit alles in harmonie met het ecosysteem van de Noordzee.
2) Orsted (Denemarken)
Een andere belangrijke speler in de ontwikkeling van offshore windprojecten in de Noordzee is de Deense groep voor hernieuwbare energie, Orsted. De Deense groep kan bogen op een ruime ervaring in de financiering en ontwikkeling van offshore-windprojecten. Orsted wil volgens de door Metro Dynamics en Orsted uitgevoerde Economic Impact Study of Orsted Investments £ 14 miljard rechtstreeks investeren of mogelijk maken in de Britse Humber-regio. Dit komt bovenop hun geïnvesteerde/gefaciliteerde investering van £9,5 miljard in het Grimbsy haven en Westermost Rough offshore project dat in 2012 van start ging. Orsted wil in samenwerking met ATP een voortrekkersrol spelen bij de ontwikkeling van offshore-windenergie, die zal ontstaan als gevolg van de Verklaring van Esbjerg. Het duo kondigde in april 2022 plannen aan voor de ontwikkeling van wat zij het “North Sea Energy Island” noemen. Dit eiland zal bestaan uit offshore windturbines en het eiland, dat op drooggelegd land wordt gebouwd, fungeert als een hub om de parken met elkaar te verbinden. Het North Sea Energy Island zal een investering vergen van 210 miljard DKK en zal, eenmaal volledig operationeel, een potentiële capaciteit hebben van 10GW.
3) EDP (Spanje)
De Spaanse groep voor hernieuwbare energie heeft samen met Engie Ocean Winds opgericht, een investeringsfonds dat zich richt op offshore-windprojecten. Tot nu toe heeft het duo projecten verworven voor de kust van het Verenigd Koninkrijk, Portugal en België. In juni 2022 kondigde EDP plannen aan om tegen 2025 1,5 miljard euro te investeren in offshore-windprojecten. De investeringen zullen worden uitgevoerd via hun investeringsvehikel, Ocean Winds. EDP wil 5-7GW aan projecten verwerven die momenteel in bedrijf of in aanbouw zijn, alsmede 5-10GW in een vergevorderd stadium van ontwikkeling. Ocean Winds exploiteert momenteel een portefeuille van meer dan 11 GW. Dit omvat een 487MW project in de Noordzee voor de kust van België, met daarin de Seastar en Mermaid projecten die sinds 2020 operationeel zijn. Door hun ervaring in de regio is het waarschijnlijk dat het duo een sleutelrol zal spelen in de ontwikkeling van projecten die worden toegewezen na de verklaring van Esbjerg. In mei 2022 diende Ocean Winds een bod in voor het Hollandse Kust West 6-project, met een potentieel geïnstalleerd vermogen van 800 MW, aangezien EDP en Engie ernaar streven het potentieel dat de Noordzee biedt, te exploiteren.
Bron: Renewables.Digital Beeld Bron: Unsplash